Begin 1999 besluit NS rijtuigen te huren van de Belgische spoorwegen NMBS. Vanwege een materieeltekort is het nodig het materieelpark tijdelijk uit te breiden. Van de NMBS huurt NS 80 rijtuigen type K4.
De NMBS heeft deze rijtuigen enkele jaren eerder overgenomen van de Franse SNCF. De serie K4 is eigenlijk een verzamelbenaming voor twee types rijtuigen die NMBS in die aankoop verwerft: USI-rijtuigen (met een verhoudingsgewijs laag dak) en de UIC-Y-rijtuigen (met juist een tamelijk hoog, bol dak).
Beide types zijn 24,5 meter lang. Vanaf het voorjaar van 1999 ontvangt NS de K4-rijtuigen. Na instructie van personeel start op 2 september 1999 de inzet van de rijtuigen, uitsluitend in de intercitydiensten vanuit Den Haag naar Heerlen en Venlo. De K4-rijtuigen moeten altijd in combinatie rijden met NS-rijtuigen, enerzijds vanwege de deursluiting die anders werkt dan bij NS-rijtuigen, anderzijds omdat de K4’en geen bagageruimte en een plek voor rolstoelen hebben.
In die dagen zijn de getrokken treinen van NS bont samengesteld: naast de gehuurde K4- en de bekende ICR-rijtuigen komen ook opgeknapte Plan W-rijtuigen terug in dienst, en is zo nu en dan een DDM-1-dubbeldeksrijtuig te zien waarvan (in het zomerseizoen) de benedenverdieping tot fietsruimte is ingericht.